November 29, 2014

Een hardnekkig idee. Hoe het basisinkomen uit het politieke debat verdween en weer terugkwam

Artikel van het Montesquieu Instituut:
Het D66 congres in november 2014 nam - tegen de wil van het partijbestuur - een motie aan die de Tweede Kamerfractie vroeg zich in te zetten voor een onderzoek naar het basisinkomen. Het idee om elke burger onafhankelijk van arbeid en status van overheidswege een minimuminkomen toe te kennen is bepaald niet nieuw. Dit idee stamt uit de tijd van de Amerikaanse Revolutie, waarin denkers als Thomas Paine al voor een soort basisinkomen pleitten. Maar dit is ook niet de eerste keer dat een partijcongres in Nederland zich positief over het basisinkomen uitsprak. In ons land flirtten een aantal partijen sinds de jaren '80 regelmatig met dit idee. We schetsen hier een korte politieke geschiedenis van het basisinkomen in Nederland en proberen te verklaren waarom de discussie af en toe oplaait en dan weer stil valt.
In 1985 pleitte de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid in haar rapport Waarbogen voor Zekerheid voor een basisinkomen.

Welk algemene patroon is er zichtbaar in deze geschiedenis? Het basisinkomen is een hardnekkig idee dat met een vast ritme terug lijkt te keren in de politiek. Loek Groot en Robert van der Veen zien een verband met werkloosheid. Zij zien pieken in aandacht in 1985 (rond het WRR-rapport) en in 1995 (na de uitlatingen van Wijers). Dat zijn beide momenten waarop de werkloosheid haar top bereikte. Toen eind jaren '80 en opnieuw eind jaren '90 de werkgelegenheid weer aantrok, nam de aandacht voor het basisinkomen zienderogen af. In de figuur hiernaast is voor de laatste 35 jaar de aandacht voor het basisinkomen in drie regionale kranten uitgezet [1] tegen het aantal werklozen in die periode: de relatie lijkt tamelijk duidelijk. Dat zou betekenen dat als de economische opleving binnenkort door zou zetten, het basisinkomen voor de derde keer weer van de politieke agenda zal verdwijnen.



Lees het hele artikel hier.